Dit nieuwsbericht werd toegevoegd op 3 maart 2016.

De pech van de remmende voorsprong

Noord-Limburgse samenwerking rond integratie van personen met buitenlandse herkomst

Juni 2015 deed Vlaams Minister Homans een oproep aan de lokale besturen om met meerdere gemeenten samen een project op te zetten om de integratie van personen van buitenlandse herkomst beter te doen verlopen. Dit was nog voor dat de vluchtelingenstroom vanaf de zomermaanden op gang kwam.

Noord-Limburg springt voor

Onze negen gemeenten herkenden zich in het samenwerkingsverband van Welzijnsregio om een gezamenlijke project voor Noord-Limburg op te maken. Dit was niet alleen een logische keuze omdat de inhoudelijke thema's waarmee we als Welzijnsregio bezig zijn, ook onontbeerlijk zijn in een integratiebeleid.

Bovendien vormen we met de lokale besturen en andere partners een efficiënt netwerk om de bredere doelstellingen van de integratie te coördineren. Tenslotte, en dit was zeker niet onbelangrijk, kunnen we als samenwerkingsverband van Noord-Limburgse gemeenten beroep doen op de jarenlange ervaring van de Integratiedienst van de stad Lommel.

Het lukte dan ook vrij snel om tegen eind september en in afstemming met het Agentschap Integratie en Inburgering een projectaanvraag in te dienen. Daarbij kwam intussen de  vluchtelingenstroom op gang met als gevolg dat de opvanginitiatieven in onze regio exponentieel toenamen, zowel de LOI's als de opvang van het Rode Kruis en Fedasil. Dit verhoogt de noodzaak om ons voor te bereiden op een integratiebeleid, waar het de verwachting is dat een aantal van de asielzoekers na hun erkenning ook in deze streek zullen blijven.

Met het opmaken en het indienen van dit plan, de enige aanvraag trouwens die vanuit Limburg vertrok, haalden we dus duidelijk onze voorsprong.

Een goed plan

Inhoudelijk gaat het plan uit van een zestal acties. Ten dele gericht op het versterken en ondersteunen van de lokale besturen en de diensten en voorzieningen in hun werking rond diversiteit. Anderzijds het ondersteunen van de doelgroep ondermeer door het verhogen van het taalaanbod, het individueel coachen via een mentoring netwerk en het openstellen van het vrijetijdsaanbod en het verenigingsleven. Dit alles gebracht in samenhang en met de noodzakelijke onderlinge afstemming.

Niettegenstaande dit goede plan dat ook bij de evaluatie in Brussel een goede beurt maakte, werd het project toch afgekeurd en ontvangt het geen subsidie.

Maar niet volgens het boekje

Als reden wordt opgegeven dat 'integratie' een gemeentelijke bevoegdheid is en dat intergemeentelijke samenwerking niet door een OCMW-vereniging zoals Welzijnsregio mag georganiseerd worden.

Volgens het boekje is dit inderdaad zo. Maar vraag is of het boekje nog wel deugt?

Door ditzelfde Vlaamse beleid wordt immers gepromoot dat lokaal sociaal beleid een gezamenlijke taak is van OCMW en gemeente, dat deze structuren meer moeten samenwerken en dat deze in 2019 zelfs verplicht zullen worden samengevoegd. Ditzelfde Vlaamse beleid kapittelt bovendien dat intergemeentelijke samenwerking niet mag verworden tot verrommeling, waarbij voor elk initiatief een onduidelijk samenwerkingsverband zou worden opgericht.

Onze besturen hebben bij het indienen van het integratieproject duidelijk en weloverwogen voor de toekomst gekozen, voor een integrale aanpak gemeente en OCMW, voor eenheid van regio, eenheid van structuur en democratisch gelegitimeerd. Achter de keuze om deze opdracht met Welzijnsregio te doen ligt immers een beslissing van elke OCMW- en gemeenteraad uit onze regio.

Vlaanderen worstelt blijkbaar nog met de goede intenties voor de toekomst en de starre uitvoering van nog niet aangepaste regels. Wij merken het onderhuids aan de twijfels bij Minister Homans in haar uiteenzetting voor de Commissie Binnenlands Bestuur van het Vlaams Parlement van 2 februari 2016, waar Vlaams Volksvertegenwoordiger en Burgemeester van Meeuwen-Gruitrode Lode Ceyssens de Noord-Limburgse ontgoocheling over deze gang van zaken aan de orde stelde. Zie hier het (beeld)verslag van de commissievergadering.

Wij ondervinden duidelijk de pech van de remmende voorsprong.

Hoe nu verder?

Omdat we geloven in dit project en vooral omdat we toch wel een stevig draagvlak ondervinden zowel binnen de eigen lokale besturen als bij de omgevende partners, vinden we het als Welzijnsregio belangrijk om toch te zien op welke wijze een aantal acties op de sporen kunnen gezet.

Vraag is bovendien of we een keuze hebben? Vanuit de hulp- en dienstverlening zien wij immers een groeiend aandeel van personen van buitenlandse herkomst in ons cliëntenbestand. Denk alleen maar aan de problemen die zich stellen op vlak van inkomensverwerving, op vlak van tewerkstelling op vlak van wonen. Om in deze domeinen tot duurzame oplossingen te komen is er nog belangrijk werk op vlak van integratie te doen. Met kortstondig en los van mekaar een inburgeringscursus, leefloon, werk of woning aan te bieden, als dit al zou kunnen, lossen we dit niet op.

Op 3 februari is er een eerste overlegvergadering geweest met deelname vanuit de negen lokale besturen en de andere partners uit opvang en integratie om te zien op welke wijze we verder kunnen. Goede praktijken en suggesties werden samengelegd, nieuwe afspraken voor opvolging werden gemaakt. Het verslag van deze vergadering kan je hier terugvinden.

We proberen hiermee onze voorsprong van een inhoudelijk goed plan te houden.

In haar brief aan de Noord-Limburgse burgemeesters schrijft Minister Homans dat er niet direct middelen voorzien zijn voor een nieuwe oproep. Wel spreekt ze over subsidies op korte termijn voor de lokale besturen om een aanpak te ontwikkelen voor een betere integratie in het kader van de huidige vluchtelingencrisis. 'Lokale besturen zijn als regisseur van het lokale integratiebeleid het best geplaatst om een concrete aanpak te ontwikkelen', zegt de minister en voegt toe dat zij over de toekenning van deze subsidies in dit voorjaar zal communiceren.

Als dit zo is, levert de voorsprong die we in Noord-Limburg hebben genomen met het opmaken van een goed plan, dan toch nog de middelen om een aantal noodzakelijke acties tot uitvoering te brengen.Of met andere woorden: als deze middelen er komen, hebben onze lokale besturen al een goed plan. Dit wordt de kracht van de voorsprong.