Dit nieuwsbericht werd toegevoegd op 15 december 2014.

Open Atelier schept ruimte voor werkervaring

Door de uitbreiding met een nieuwe bedrijfshal aansluitend bij de vestiging in Lommel, komt de totale bedrijfsruimte van Open Atelier Noord-Limburg op 5000 m². Dat wist voorzitter Pierre Berx te melden bij de officiële opening van deze hal.

Andere sprekers op de openingszitting waren Fons Leroy, gedelegeerd bestuurder bij VDAB, gedeputeerde Marc Vandeput en schepen Rita Phlippo namens stadsbestuur Lommel. De focus in de toespraken lag op de vernieuwde inzet van de sociale economie in het Vlaamse activeringsbeleid van werkzoekenden.

Directeurswissel

Voorzitter Berx maakte van de publieksbelangstelling gebruik om Koen Cools als nieuwe directeur van Open Atelier voor te stellen.

Koen volgt Jo Eerdekens op die in de voorbije twintig jaar Open Atelier op de sporen heeft gezet, maar die nu om gezondheidsredenen moet loslaten.

Werkervaring

5000 m² bedrijfsruimte op de industrieterreinen Nolimpark in Overpelt en Kristalpark in Lommel, om samen met bedrijven uit de omgeving op de werkvloer competenties en attitudes te oefenen, die absoluut vereist zijn voor een job op de open arbeidsmarkt. Dit gebeurt in de atelier-ruimte van Open Atelier. Met enkele bedrijven gebeurt dit ook in het bedrijf zelf.

Personen met grote afstand tot de arbeidsmarkt en die op zoek zijn naar een job worden toegeleid vanuit het deeltijds onderwijs, VDAB en de OCMW’s. In een traject op maat worden zij voorbereid op en begeleid naar een job. Het leren op de werkplek maakt hiervan een essentieel onderdeel uit.

Sociale economie: talent met toekomst

Het was niet enkel de nieuwe bedrijfsruimte die in beeld werd gebracht op de openingszitting. De aandacht ging vooral uit naar de vernieuwingen die Vlaanderen volgens het nieuwe regeerakkoord wil brengen in het stelsel van werkervaring en de sociale economie.

Fons Leroy, gedelegeerd bestuurder bij VDAB gaf de verwachting aan die Vlaanderen in de toekomst zal stellen inzake werkervaring. Aandachtspunten in een versterkend activeringsbeleid zijn maatwerk en inclusieve aanpak gericht op participatie in het normale economisch circuit en dit door de competenties te versterken die in lijn liggen met de behoeften van het bedrijfsleven. Werkervaring moet dan nog sterker evolueren naar intensief werkplekleren met volwaardige combinaties van leren en werken. De VDAB wil hiervoor de expertise van partners valoriseren.

Hij zag dan ook heel wat troeven in de werkwijze die Open Atelier van bij de start heeft gehanteerd en die nu verankerd liggen in ruime en polyvalente bedrijfsgebouwen met een goed uitgerust machinepark en vooral aangestuurd door een bezielende begeleidingsploeg.

Een zelfde appreciatie bracht economie-gedeputeerde Marc Vandeput naar voor. Het Limburgse provinciebestuur als coördinator van de Europese programma’s heeft steeds geloofd in de aanpak van Open Atelier. Vandaar dat er vanaf de eerste investeringen die Open Atelier deed in zijn bedrijfsgebouwen en later voor elke uitbreiding, beroep kon worden gedaan op Europese middelen met Vlaamse en provinciale cofinanciering. Ook voor deze uitbreiding van de werkhal kon Open Atelier rekenen op een subsidie uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).

Deze aanpak is hard nodig in Limburg dat ingevolge vele bedrijfssluitingen te maken heeft met een stijgende werkloosheid.

Lokale besturen als regisseur sociale economie

Schepen Rita Phlippo uit Lommel verving de verontschuldigde burgemeester Peter Vanvelthoven. Ook zij had veel waardering voor het initiatief Open Atelier, in 2003 een van de eerste bedrijven op het KMO-gedeelte van Kristalpark. In de bestendige groei herkende ze de ‘pure energie’ uit het Lommelse logo. Bovendien sluit de tewerkstellingsopdracht van Open Atelier perfect aan bij het lokaal sociaal beleid met de activeringstrajecten van het OCMW.

De schepen verwees in de ondersteuning van de sociale economie naar het gezamenlijke engagement van de Noord-Limburgse gemeenten om regionaal de regierol van de sociale economie op te nemen. Het is hierbij de doelstelling om tot overleg en samenwerking te komen tussen de lokale besturen, de actoren sociale economie en de reguliere bedrijven.

(Foto's Robin Mues)